De stad Bree
Welkom in Limburg!
Algemene omschrijving
Bree is een stad en gemeente in de provincie Limburg in België en is de hoofdplaats van het kieskanton en het gerechtelijk kanton Bree. De stad telt ruim 15.000 inwoners en wordt ook wel de Parel der Kempen genoemd. Haar naam komt waarschijnlijk van bred wat houten nederzetting zou betekenen. Een andere mogelijkheid is dat Bree een verbastering is van 'broek', wat moeras betekent.
De fusiegemeente heeft naast het stadscentrum nog vier deelgemeenten, namelijk: Beek, Gerdingen, Opitter en Tongerlo. Bree zelf heeft verder nog twee gehuchten: 't Hasselt en Vostert.
Geschiedenis
Bree - met duidelijk zichtbare omwalling - tijdens de Spaanse overheersing.
Beek vormde binnen het graafschap Loon een afzonderlijke bestuurlijke eenheid. Het begevingsrecht en de tienden kwamen het sticht van Thorn toe.
In de 13e eeuw kreeg Bree het Luikse stadsrecht. De nederzetting was in de 14e eeuw een versterkt en omwald Loons stadje. De wallen werden omstreeks 1870 geslecht en omstreeks 1950 in ringlanen veranderd. Buiten de stadswallen vestigde zich in 1464 een klooster van franciscanessen. In 1657 kwam in het stadscentrum het Augustijner klooster met college tot stand. De abdij van Postel bezat hier in 1625 een refugehuis.
De oudste vermelding van Gerdingen dateert uit de 9e eeuw. In de 13e eeuw kwamen de tienden aan de abdij van Herkenrode toe. De Heer van Gerdingen beschikte over het patronaat. De heerlijkheid omvatte ook de laatmiddeleeuwse nederzetting Nieuwstad. Gerdingen was een leen van de graven van Loon.
Het patroonsrecht en de tienden van de Sint-Trudoparochie te Opitter waren vanaf de 13e eeuw in handen van de abdij van Averbode. Tot het einde van de 18e eeuw was hier een norbertijn pastoor. De heerlijkheid Opitter maakte deel uit van het graafschap Loon.
Vanaf 1300 was Tongerlo Loons gebied en ressorteerde het onder de schepenbank van Opitter. Bestuurlijk was het zelfstandig. Over de aanstelling van de pastoor van Tongerlo besliste de pastoor van Elen. Hij inde ook een derde van de tienden. De overige tienden kwamen achtereenvolgens aan de abdij van Oeteren, Oriënten en Corbie, en in 1559 aan Godfried van Bocholt toe.
Bezienswaardigheden Beek
In de dorpskom van Beek staat het fraaie 15e-eeuwse Sint-Maartenskerkje met romaanse toren. De kerk is rijk aan gotische beelden en is beschermd sinds 1938. (Lees meer over deze kerk in het aparte artikel).
Aan het oude gemeentehuis, nu een politiecommissariaat, hangt sinds 1960 een gedenkplaat voor Jan van Abroek (Beek 1440 - Hoogcruts 1510), hervormer van de Heilige Graforde.
De Ghen-Aa-Molen te Beek (Bree).
Op de schilderachtige Aabeek werden de Kluismolen en de Ghen-Aa-molen gebouwd. Op verschillende plaatsen in het dorp liggen boerderijen. Het vis- en wandelgebied Jan van Abroek, aan de oude kanaalarm, ging in 1976 open. Luysen, Urlobroek en Stramproyerbroek vormen samen een zeer waardevol grensoverschrijdend stil natuurgebied.
Bezienswaardigheden Bree
De gotische Sint-Michielskerk te Bree.
Aan het Vrijthof staat de vijfbeukige, mergelstenen, gotische Sint-Michielskerk. Het koor, het transept met driezijdig afgesloten kruisarmen, een groot deel van de middenbeuk en de Sint-Annakapel tegen de noordelijke zijbeuk dateren van omstreeks 1450. Ze zijn sinds 1936 beschermd. In 1993 werd het geheel beschermd. De Sint-Michielskerk is een typische Maaslandse kerk met gedrukt gewelf, waterbladkapitelen en een armenbank. In 1888 liet architect Jaminé uit Hasselt aan de noordzijde een sacristie bouwen. De buitenste zijbeuken, de 45 m hoge toren en de westelijke travee van de middenbeuk werden in 1901-1902 gebouwd onder leiding van de Gentse architect S. Mortier. Het meubilair is overwegend 19e-eeuws, onder meer het hoofdaltaar van 1887 door Gentenaar Rooms. Het noordelijke zijaltaar en de communiebank dateren van omstreeks 1890. Het laatgotisch arduinen wijwatervat met vier maskers is 15e-eeuws. Fragmenten van de voormalige barokke preekstoel in de sacristie zijn 17e-eeuws, het koorgestoelte is vroeg-18e-eeuws. De marmeren doopvont dateert uit 1800-1850. In de Sint-Michielskerk van Bree staan verschillende gotische beelden: een Piëta van omstreeks 1400, Jezus aan het Kruis uit 1450-1500, Sint-Anna te drieën van omstreeks 1500, Sint-Elisabeth en Sint-Jan de Evangelist van het begin van de 16e eeuw, en Sint-Apostel, Sint-Christoffel en Sint-Rochus van omstreeks 1525. Onder de triomfboog staat een 16e-eeuwse calvariegroep. Onder de toren staat een gepolychromeerde stenen Brabantse laatgotische Graflegging uit 1500-1600, met levensgrote beelden van de drie wenende Maria's en twee engelen met passiewerktuigen. Verschillende schilderijen dateren uit de 17e-18e eeuw: Marteling van Sint-Catherina van het begin van de 17e eeuw, Gesprek van Sint-Antonius Abt met Sint-Paulus van Thebe van het einde van de 17e eeuw, Kroning van Maria van omstreeks 1725, Bezoek van Maria aan Elisabeth van omstreeks 1750. In de scaristie hangt het laat-16e-eeuwse paneel Ecce Homo en het vroeg-17e-eeuwse paneel Veronica met Heilig Aanschijn. De kerk bezit liturgisch zilverwerk uit de 17e en 18e eeuw. Onder de hardstenen grafmonumenten dat van de familie van Meeuwen uit 1550-1600, en dat van Fredericus Bormans (†1619) en zijn vrouw Helwigis van Meeuwen (†1636).
Aan de overkant van het Vrijthof staat het voormalige Augustijnerklooster, gebouwd tussen 1657 en 1720. Van 1881 tot 1992 was het klooster het bisschoppelijke Sint-Michilescollege en sinds 2004 is het een stadhuis. De kapel dateert uit 1714-1718 en werd in 2004 gerestaureerd. Aan de ringlaan Witte Torenwal bevindt zich een gevel in Maasstijl. In de kapel staan twee barokke zijaltaren met de schilderijen Sint-Niklaas van Tolentino in gebed voor Onze-Lieve-Vrouw van 1714 en Tenhemelopneming van Maria van 1725, door de Luikenaar Engelbert Fisen (1655-1733). Het orgel van het atelier Merklin-Schütze in Brussel is afkomstig uit de kerk van Leopoldsburg en werd in 1904 aangekocht. In de schepenzaal bevinden zich prachtige 18e-eeuwse fresco's. Het gebouw is sinds 1975 beschermd.
Oude foto met Sint-Michielskerk en op de voorgrond het oude stadhuis van Bree.
Het Oude Stadhuis van 1754 heeft een rococofronton. In het fronton is het wapenschild van prins-bisschop Jan-Theodoor van Beieren (†1763) afgebeeld. Ook de Oostenrijkse adelaar, de beschermheilige Michiel die de draak bedwingt en het wapenschild van Bree staan in het fronton afgebeeld. Een stuk ijzer in de rechtergevel geeft de oude Brese voet aan: 28,5 cm. De oudste partijen van het gebouw dateren uit het einde van de 16e eeuw. De jongste restauratie gebeurde in 1973. In het lantaarntorentje hangt een klokkenspel met 18 klokjes van Astenaar Eijsbouts, dat dateert van 1980. Het Heemkundig museum werd in 1975 op de zolderverdieping ondergebracht.
Kasseimozaïeken op de kleine ring duiden de vier stadspoorten en de verdedigingstorens van de stadswallen aan. De Grauwe Toren uit het begin van de 16e eeuw werd vrijgemaakt. Naast de toren bevindt zich veldgeschut uit het derde kwart van de 18e eeuw. Nog in het centrum staan 17e-19e-eeuwse mooie herenhuizen, onder meer het 17e-eeuwse huis Michiels en de 19e-eeuwse dekenij. In de Pater Lambertusstraat, schuin tegenover de kloostermuur en het toegangspoortje van het klooster van de franciscanessen, plaatste de Vlaamse Toeristenbond een gedenkteken van 1979 voor pater Lambertus Vandermeulen (Bree 1893 - Achel 1975). Het is een werk van beeldhouwer Jan Withofs van Zutendaal. Aan de Steenberg staat het kasteel de Borman van 1895.
Oude foto van de Boneput in het stadspark te Bree. De Boneput werd gebruikt als stadsbleyck (1587 - 1611) en als graasplaats. Rond de bron werd dan later het stadspark aangelegd.
De Boneput in het stadspark is een ijzerhoudende waterbron.
De Sint-Lutgardiskerk van 1933 in het gehucht 't Hasselt is een modern-gotische zaalkerk met een westertoren, ontworpen door Karel Gessler van Maaseik. In de toren hangt een klok uit 1525. Het hoofdaltaar is van marmer. Zes messingen kraagkandelaars dateren uit de 17e eeuw. Tegen de gevel staat een Lutgardis van 1937, een sculptuur van Jos Jacobs. De moderne zaalkerk Onze-Lieve-Vrouw van het Heilig Hart op de wijk Vostaert is van baksteen en beton. Architect A. Vaes leidde de bouw van de kerk in 1964-1965.
Bezienswaardigheden Gerdingen
Op de foto de Maaslandgotische Onze-Lieve-Vrouwekerk van Gerdingen uit de 15e eeuw.
In de dorpskom staat de Maaslandgotische Onze-Lieve-Vrouwekerk uit de 15e eeuw. Ze is van mergelsteen en heeft twee beuken. Het onderste deel van de natuurstenen romaanse westertoren, met delen in visgraatmetselwerk, dateert uit de 11e eeuw. De kerk brandde in 1881 door een blikseminslag en werd in 1883-1884 min of meer gereconstrueerd. Het koor en de middenbeuk zijn gescheiden door een triomfboog met een neogotische calvariegroep van 1894. Het hardstenen hoofdaltaar van 1887 heeft een houten retabel, het zijaltaar en neogotisch Sint-Quirinusretabel van 1898. Het beeld Jezus aan het Kruis is van omstreeks 1280. De sedes sapientiae van omstreeks 1250 staat bekend als Onze-Lieve-Vrouw van Remedie. Onze-Lieve-Vrouw met Kind op maansikkel is vroeg-16e-eeuws en Sint-Quirinus is van 1510. Beide beelden zijn producten van de meester van Elsloo. De calvariegroep is 17e-eeuws. De kerk en het omringende kerkhof zijn sinds 1981 als monument en als dorpsgezicht beschermd.
Op de Gerkenberg, aan de weg naar Meeuwen, staat een neogotisch kloostercomplex uit 1914-1919, ontworpen door de Brusselse architect Pauwels. De kerk is toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van de Carmel. In 1927 werd het gebouw een studiehuis en een noviciaat. In 1966 werd het een bezinningstehuis voor de missionarissen van het Heilig Hart. De nieuwste bestemming van de kerk is een rusthuis en een dienstencentrum.
Bezienswaardigheden Opitter
De Sint-Trudokerk van Opitter (Bree) dateert grotendeels uit het begin van de 15e eeuw.
De gotische mergelstenen Sint-Trudokerk is typisch Maaslands. Ze heeft een veelhoekig afgesloten koor van omstreeks 1400 en een driebeukig schip van het begin van de 15e eeuw. Met uitzondering van de 19e-eeuwse bakstenen westertoren is de kerk sinds 1936 beschermd. In 1933 werd de kerk gerestaureerd door architect Karel Gessler van Maaseik. De kerk is volledig overkluisd met stergewelven en heeft overlangse en dwars geplaatste topnerven in de zijbeuken. Op het neogotische hoofdaltaar staat een Antwerps retabel uit 1530-1540, van Baskische eik, met zes beeldengroepen, die het lijdensverhaal uitbeelden. De geschilderde binnenluiken sluiten bij de gebeeldhouwde taferelen aan. Ze hebben betrekking op het openbare leven van Christus en zijn toepasselijk op de eucharistie. De predella stelt het Laatste Avondmaal voor. Restauraties hadden plaats in 1878, 1914 en 1994. Twee biechtstoelen en de communiebank dateren uit 1750-1800. De orgelkast van 1716 is deels verguld. De 18e-eeuwse preekstoel heeft vijf medaillons. De beelden stammen uit de 15e tot de 18e eeuw: een laat-15e-eeuwse Sint-Anna te drieën, een laat-15e-eeuwse piëta, een vroeg-16e-eeuwse Jezus aan het Kruis, een 16e-eeuwse Onze-Lieve-Vrouw met Kind en een 16e-eeuwse Sint-Rochus. De pastorie van 1726 is gebouwd in Maaslandse stijl.
De Kapel Onze-Lieve-Vrouw Troosteres der Bedrukten te Opitter werd ingewijd in 1427.
Aan de Opitterkiezel staat een Onze-Lieve-Vrouw-kapel, die vroeger toegewijd was aan Sint-Trudo. Het is een eenbeukig gebouw met een vroeggotisch schip van omstreeks 1365, dat in 1661 gewijzigd en verkleind werd. In de zijmuren zitten brede spaarnissen. Het vierdelige graatgewelf heeft overlangse topnerven. Het laatgotische koor van 1550 heeft een vijfkantige apsis en een straalgewelf. Het dak is voorzien van een dakruiter met klokje. In 1928 en in 2001-2002 werd de kapel gerestaureerd. In het portiekaltaar uit 1650-1700 hangt het 18e-eeuwse schilderij Tenhemelopneming van Maria van de Weertenaar Caes. De communiebank dateert uit 1700-1750, de preekstoel uit 1600-1650, en de biechtstoel is van 1767. De geklede Onze-Lieve-Vrouw met Kind stamt uit 1500-1550. In 1928 restaureerde Karel Gessler het glasraam. De familie van tennisspeelster Kim Clijsters droeg bij aan de glasramen van 2002, die creaties zijn van Knaepen van Borgloon. Het offerblok van eik en smeedijzer dateert van omstreeks 1600. De kapel is sinds 1933 beschermd. In het Mariapark bevinden zich een waterput en staties van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën. Op de Itterbeek staan een paar watermolens. In de richting van Neerglabbeek wordt het landschap heuvelachtig en bosrijk. De Pollismolen, die al vermeld wordt in de 13e eeuw, en zijn omgeving werden in 1994 beschermd.
Bezienswaardigheden Tongerlo
De Sint-Pieterskerk in Tongerlo (Bree) dateert uit de 15de eeuw. De pseudobasilica verving een ouder, romaans kerkgebouw in breuksteen. De vierkante westertoren van mergel en hardsteen werd opgetrokken in 1408. Van het gotische koor met veelzijdige apsis bleven de hardstenen zuilen met Maaslandse waterbladkapitelen bewaard. Het bepleisterd interieur is voorzien van verguld stucwerk in laatclassicistische stijl. Het eiken hoofdaltaar in rococostijl dateert uit de tweede helft van de 18de eeuw. De kerk is sinds 1936 beschermd als monument.
De 15e-eeuwse Sint-Pieterskerk of pseudobasilica is sinds 1936 beschermd. De vierkante westertoren van mergel en hardsteen dateert van 1408. Hij beheerst het dorp en de omgeving. Het gotische koor met veelhoekige apsis is deels van dikke keien. Van het 15e-eeuwse koor bleven de hardstenen zuilen met Maaslandse waterbladkapitelen bewaard. De zoldering werd in de late 18e eeuw herbouwd en heeft een classicistische versiering. In de dorpel boven het westelijke, 15e-eeuwse portaal staat een Sint-Pieterssleutel afgebeeld. In de 13e-eeuwse romaanse doopvont van kalksteen staan vier maskers. Het kalkstenen wijwatervat is 15e-eeuws. Het hoofdaltaar in het portiek van omstreeks 1750 werd in de 19e eeuw aangepast. Twee zijaltaren in het portiek dateren van omstreeks 1770. Het dienstaltaar werd gemaakt met stukken van de neogotische kansel van 1850-1900. De communiebank van omstreeks 1750 bevat gebeeldhouwde bustes van de evangelisten en hun symbolen. De biechtstoel en het doksaal met balustrade dateren uit 1750-1800, de orgelkast is van omstreeks 1850, de marmeren doopvont met messingen deksel van 1854. De kerk bezit diverse beelden: een Piëta van omstreeks 1420, een Onze-Lieve-Vrouw met Kind op Maansikkel uit 1475-1500, een 15e-eeuwse tronende Sint-Cornelius, Sint-Pieter, en Jezus aan het Kruis, van het begin van de 18e eeuw. De sacristie heeft een messingen fontein uit 1700-1750. Op het kerkhof staan 18e-eeuwse hardstenen grafkruisen.
De Keyartmolen aan de Keyartstraat in Tongerlo (Bree) is een watermolen op de rechteroever van de Itter, vlakbij de Zuid-Willemsvaart. De molen werd voor het eerst vermeld in 1139. De bijhorende hoeve kreeg haar huidig, U-vormig uitzicht in de eerste helft van de 19de eeuw. In 1850 werd de molen, die oorspronkelijk uit vakwerk bestond, volledig heropgebouwd in steen. In 1923 werd het houten onderslagrad vervangen door een turbine. In 1993 werd de watermolen beschermd als monument. De omgeving van de molen vormt ook een beschermd dorpsgezicht.
Van de watermolens op de Itterbeek zijn vooral de Galdermansmolen en de Keyartmolen met 18e-eeuws molenhuis vermeldenswaard.
Tongerlo is de geboorteplaats van romanschrijver Jaak Langens (1892-Berchem 1965) en van kanunnik Lambert Engelen (1880-Leuven 1948), proost van de Boerenjeugdbond. Het dorp richtte een gedenkteken voor hem op.
Dit moet je gezien hebben