De gemeente Opglabbeek
Welkom in Limburg!
Algemene omschrijving
Opglabbeek is een dorp van ongeveer 10.000 inwoners gelegen in Midden-Limburg, ten noorden van Genk, op ongeveer 25 kilometer van de provinciehoofdstad Hasselt. De gemeente behoort tot het gerechtelijk kanton Bree en het kieskanton Genk. Aangrenzende gemeenten zijn As, Opoeteren (Maaseik), Meeuwen-Gruitrode, Houthalen-Helchteren en Genk. De Bosbeek vormt een natuurlijke grens met As. Opglabbeek is een echt verkeersknooppunt. De gemeente wordt gevierendeeld door twee verkeersassen die druk gebruikt worden door doorgaand verkeer.
Opglabbeek bestaat naast 'het centrum' uit twee gehuchten die elk eveneens een parochie vormen: Nieuwe Kempen (zicht op de mijnterril van Zwartberg-Genk) en Louwel (grenst aan Opoeteren). Beide gehuchten hebben samen ongeveer evenveel inwoners als het centrum.
Het industrieterrein van Opglabbeek behoort tot de grootste van Limburg en is eigenlijk een uitloper van dat van Genk. Het zorgt dan ook voor veel werkgelegenheid in de gemeente.
Het Turfven is een mooi stukje natuurgebied in Opglabbeek maar het maakt ook deel uit van de geschiedenis van het dorp.
Geschiedenis
Opglabbeek is toegewijd aan Sint-Lambrecht, die vanaf 670 bisschop van Maastricht en Tongeren was. De Sint-Lambrechtskerk was eigendom van de graven van Loon, samen met de Sint-Hubertuskapel van Neerglabbeek, die van de Sint-Lambrechtskerk van Opglabbeek afhing. De graaf van Loon stichtte in 1135 de norbertijnenabdij van Averbode. Tot 1824 nam een norbertijn de zielzorg in Opglabbeek waar. Na de vrede van Munster in 1648 opereerden de Lotharingers in onze streek. Een bloedig treffen tussen de Lotharingers en de boeren had plaats in december 1648 op de Donderslagse heide in Meeuwen. 27 inwoners van Opglabbeek lieten hierbij het leven.
In de vennen stak men vroeger turf. De opkomst van de mijnen in het begin van de 20e eeuw opende nieuwe perspectieven voor de plaatselijke landbouwers. De sluiting van de mijnen in de jaren zestig betekende een zware klap voor de meeste inwoners. Gelukkig kon de opkomende industrie de dreigende werkloosheid grotendeels voorkomen. Sommige van de jongste bedrijven zijn internationaal. Opglabbeek, met drie woonkernen - Centrum, Louwel en Nieuwe Kempen - kan prat gaan op zijn moderne infrastructuur en zijn 1000 ha bos.
Bezienswaardigheden
De Sint-Lambertuskerk in Opglabbeek is opgetrokken in Maaslandse gotiek. Het oudste gedeelte van de kerk, de westertoren, dateert uit ca. 1300. Het schip en het koor zijn 16de-eeuws. Het kerkgebouw kreeg zijn huidige uitzicht bij een laatste uitbreiding in 1928, waarbij de kerk een nogal ongewone vorm kreeg. De oudere delen van de kerk zijn in mergelsteen opgetrokken, de nieuwere delen in breuksteen. De oude delen van de kerk zijn sinds 1933 beschermd als monument.
De Sint-Lambertuskerk van Opglabbeek is gebouwd in Maaslands-gotische stijl. Het mergelstenen deel van de kerk, met name de westertoren, dateert van omstreeks 1300. Het schip en het koor zijn 16e-eeuws. De derde uitbreiding in 1928 gaf de kerk haar huidige aanzicht. De kerk bezit een witgeschilderd houten beeld van Sint-Norbertus van omstreeks 1750; een laat-16e-eeuwse Onze-Lieve-Vrouw met Kind, van ontkleurde eik; een aangeklede Onze-Lieve-Vrouw met Kind uit de 17e eeuw; een Vlaams schilderij van 1700; en een doopvont van 1772.
Het oud-gemeentehuis van Opglabbeek is een voormalige abdij en pastorie, gesticht door de Norbertijnen van Averbode.
De norbertijnen van Averbode bouwden hier in de 18e eeuw een abdij, later gebruikten ze die als pastorie. Sinds 1938-1939 doet het gebouw dienst als gemeentehuis van Opglabbeek. De oude pastorie werd Borg genoemd, en had wallen en een ophaalbrug. Na de demping van de gracht legde de gemeente hier een park aan. Het gebouw met zijn onmiddellijke omgeving is beschermd.
De olieslagmolen te Louwel (Opglabbeek) werd al vermeld in 1511.
De olieslagmolen, een watermolen, staat op de Bosbeek in Louwel. Hij wordt de eerste maal vermeld in 1511 als oliezaadmolen. Tijdens de staatse oorlog van 1672-1679 raakte de molen in verval. De eigenaars herstelden hem in 1685. In 1850 was hij bezit van J.M. Heymans.
Volgens de overlevering was de Ruiterkuil een pleisterplaats voor paarden. In 1798 vonden ondergedoken conscrits of lotelingen hier een geschikte schuilplaats. De Kijktorenberg is een zandheuvel achter het recreatiepark Jeugdparadijs, omringd door bossen. Het is een ideale plek om rustig te picknicken of te stoeien met de kinderen.
De Oudsberg op de grens met Meeuwen-Gruitrode, is de hoogste landduin van Limburg.
De Oudsberg is een zandberg op de grens van Meeuwen-Gruitrode. Het is de hoogste landduin van Limburg. Hier zijn talrijke kampeerplaatsen voor jeugdgroepen.
Dit moet je gezien hebben