De gemeente Zutendaal
Welkom in Limburg!
Algemene omschrijving
Zutendaal is een gemeente in de provincie Limburg in België en behoort tot het gerechtelijk kanton Bilzen en het kieskanton Genk. De gemeente telt ongeveer 7000 inwoners.
Zutendaal bestaat uit de gehuchten Gewaai, Papendaal, Besmer, Broek, Stalken, Roelen, Daal en Wiemesmeer. De laatste vormt een eigen parochie. Zutendaal is een van de meest groene gemeenten van Vlaanderen, en ligt dan ook voor een groot gedeelte in het Nationaal Park Hoge Kempen. Eén van de poorten van dit nationaal park is het bijenbevruchtings- en insectencentrum "De Lieteberg". Hier kan men terecht voor alle vragen in verband met bijen en insecten. Er is ook een vlindertuin met inlandse vlinders, een uitkijktoren en enig voor België: het blotevoetenpad.
Zutendaal is ook reeds zeer lange tijd een bedevaartsoord. In de Onze-Lieve-Vrouwekerk staat een beeld van de maagd Maria, waaraan diverse mirakels toegeschreven zijn. Toen men begonnen was met de bouw van de kerk (oorspronkelijk in de Mandel) constateerde men elke morgen, dat het reeds gebouwde deel terug afgebroken was. Een boer had in het huidige centrum, een licht gezien, en stelde voor om op deze plaats eens een poging te wagen. Het vreemde licht kon misschien een teken zijn. Bij de graafwerken die men op deze plaats aanving, vond men dan het beeld. Jaarlijks komen er nog vele mensen te voet naar Zutendaal op bedevaart om er te bidden voor hun gezondheid.
Zicht op de Lieteberg te Zutendaal, een van de toegangspoorten tot het Nationaal Park Hoge Kempen.
Geschiedenis
Zuurbroek kreeg zijn zoete naam in de middeleeuwen. De oudste nederzettingen kwamen tot stand bij de beekbronnen: Papendaal, Zutendaal, Broek, Stalken en Roelen. De jongere vestigingen werden opgetrokken op het Kempisch plateau: Wiemesmeer, Gewaai en Besmer. In de 7e eeuw gaf het sticht van Munsterbilzen de opdracht om een bidplaats in vakwerk te bouwen. Volgens de legende van Onze-Lieve-Vrouw van Zutendaal zou de eerste kerk ten zuidoosten van het huidige dorpscentrum gestaan hebben, nabij het moerassige Broek. Vandaar de naam Zuerbroeck. Het graafschap Loon, dat in 1018 bijna de hele provincie Limburg omvatte, ging inclusief Zutendaal in 1361 in het prinsbisdom Luik op. In 1304 droeg Arnold V, de graaf van Loon, het benoemingsrecht van de pastoor over aan de abdij van Averbode. De dorpskerk werd opgericht op het kruispunt van de wegen Genk-Lanaken en Bilzen-Maasmechelen. De enige overblijfselen van de oude dorpskern bevinden zich ten zuiden van de kerk, rond het Vijverplein. Vooral in de 16e en 17e eeuw had Zutendaal veel te lijden van voorbijtrekkende legerbendes. Om zich te verdedigen bouwden de mensen schansen en organiseerden ze een burgerwacht of schutterijen. Tijdens de Luikse revolutie werd in 1790 op de Hesselsberg slag geleverd tussen de revolutionaire Patriotten en de Palatijnen, Pruisische troepen die de prins-bisschop steunden. Beide partijen eisten de overwinning op.
Recent beleefde Zutendaal weinig ophefmakends. De ontginning van steenkool in het begin van de 20e eeuw beïnvloedde het aanzicht van de streek. De omvangrijke heidevlaktes en woeste gronden werden bebost met de grove den. Ook voor de gemeente, de kerkfabriek en particulieren bleek de bebossing van heide- en woeste gronden lucratief. Zutendaal werd een groot dennenbos en veranderde van landbouwdorp in een toeristische woongemeente. Vandaag is Zutendaal de bosrijkste gemeente van Vlaanderen.
Bezienswaardigheden Zutendaal
Het onderste deel van het koor van deze kerk laat veronderstellen dat het rond 1200 een romaans bedehuis moet geweest zijn. In het begin van de 14de eeuw zou men overgegaan zijn tot de bouw van een gotische kerk waarvan de kenmerken nog terug te vinden zijn in het koor, schip en westertoren. Van oudsher is deze kerk een bedevaartsoord. Reeds in 1500 werd O.-L.-Vrouw "Behoudenins der Kranken" als miraculeus vereerd.
De gotische Onze-Lieve-Vrouwekerk, die op een kleine hoogte ligt, is sinds 1935 beschermd. De romaanse onderbouw van het kerkkoor gaat terug tot het begin van de 13e eeuw. De vierkante vroeggotische westertoren en middenbeuk zijn 14e-eeuws, het koor met driezijdige apsis is 15e-eeuws. Belangrijke verbouwingswerkzaamheden gebeurden na een brand in 1598 en in de 18e eeuw. Architect Fernand Lohest van Luik vergrootte de kerk in 1896 en bepaalde haar huidige vorm. In de kruisbeuken staat twee fraaie barokke biechtstoelen, respectievelijk van 1671 en 1731, en een preekstoel van 1670. De altaren zijn neogotisch. De laatgotische arduinen Maaslandse doopvont dateert uit de 15e eeuw. Blikvanger is de miraculeuze Onze-Lieve-Vrouw van Zutendaal Heil der Kranken, een 16e-eeuws gepolychromeerd eikenhouten beeld. Het triomfkruis is 15e-eeuws. Een Sint-Rochus is van omstreeks 1700. In de kruisbeuken hangt een aantal schilderijen. Tenhemelopneming van Maria, van omstreeks 1650, wordt aan Gaspar de Crayer toegeschreven. Bruilof te Cana stamt uit de 18e eeuw. Drie taferelen in verband met Onze-Lieve-Vrouw van Zutendaal werden omstreeks 1700 geschilderd. Een vierde tableau uit die reeks werd in 1978 gestolen. De brandglasramen in het koor komen uit het atelier van Stalins en Janssen in Antwerpen. De ramen zijn van het einde van de 19e eeuw en tonen taferelen uit het leven van Maria. Ook de muurschilderingen in de middenbeuk houden verband met de legende van Onze-Lieve-Vrouw van Zutendaal. De kruisweg op koperen platen is een getrouwe weergave van de kruisweg in de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekerk. In de 14e-eeuwse kerktoren hangen klokken van 1525 en 1531.
Van de oude, 17de-eeuwse pastorie aan het Vijverplein in Zutendaal bleef alleen de ingangspoort met duiventoren bewaard. De huidige pastorie, in classicistische stijl, werd opgetrokken in 1783 en was afhankelijk van de abdij van Averbode. Het geheel is omgeven door een - nu droge - gracht. De pastorie werd in 1982 beschermd als monument.
Van de 17e-eeuwse norbertijnenpastorie bleef alleen het vierkante poortgebouw met leien tentdak en smeedijzeren windvaan over. De inrijpoort van 1661 met duiventil is traditionele baksteen- en mergelsteenarchitectuur. Pastoor Wuyts liet de vervallen pastorie in 1783 vervangen door een classicistisch gebouw met risaliet, een driehoekig fronton en een roosvenster. De plannen waren van architect Mathias Soiron. Classicistisch stucwerk, mooie schouwmantels en houtwerk versieren de ruime vertrekken. Pastorie en omgeving zijn sinds 1943 beschermd als landschap en sinds 1982 als monument. Ze bewaart enkele oude kunstwerken: een Mechelse Onze-Lieve-Vrouw, uit eind 16e eeuw; een 17e-eeuwse volkse Sint-Anna en Sint-Jacobus de Meerdere; Jezus aan het Kruis, uit de 17e-eeuwse Vlaamse school; en een getijdenboek in een handschrift van 1625.
Op een heuvelrug, op een boogscheut van het dorpscentrum, ligt het Mariapark, een prachtig natuurparkje met oude eiken en beuken. Hier werd in 1946 een openluchttheater gebouwd voor de opvoering van de Mariaspelen. In 1947 werden op de Beukenberg vijf Rozenkranskapelletjes gebouwd. Het Vonderpark aan de Vonderstraat heeft zeldzame bomen en struiken. De Dorper Bemd net achter de pastorie is een voormalig hooiland van 2,5 ha. De gemeente koos er voor een natuurlijk beheer van oude bomen, houtkanten, hoogstamboomgaarden, poelen voor amfibieën, knotwilgen en bloemrijke hooilanden. Op het Vijverplein, het oude dorpsplein, symboliseert de Homo Universalis van 1990 de algemeen menselijke behoefte aan bezinning en stilte. Het is een kunstwerk van Tongerenaar Raf Verjans.
Het architectenbureau François-Creesens-Selis ontwierp een modern gemeentehuis aan het Oosterzonneplein, met een cultuurcentrum, een bibliotheek en een toeristische dienst. In de kelders van het gemeentehuis heeft de Geschied- en Heemkundige Kring een Oudheidkamer of museum.
Het bezoekerscentrum Lieteberg herbergt een heus insectenmuseum. Dit museum groeide uit een bevruchtingsstation voor bijen.
In een oude gemeentelijke kiezelgroeve op 500 m van het centrum ligt het Bezoekerscentrum de Lieteberg. Het veranderde van bevruchtingsstation voor carnicabijen tot insectenmuseum en serre voor inheemse vlinders. De Lieteberg is een van de toegangspoorten tot het Nationaal Park Hoge Kempen (zie foto bovenaan artikel). In de Lieteberg loopt het eerste en enige blotevoetenpad van Vlaanderen.
De Brigittakapel of Mandelkapel van 1851 staat aan de Stalkerweg tussen het groen. Het oude 18e-eeuwse volkse beeld werd in de jaren 1970 uit de kapel gestolen. Het beeld is van de hand van beeldhouwer Albert Gabriëls van Kinrooi. Hij verving het in 1984 door een houten kunstwerk.
De Sint-Jozefskerk in Wiemesmeer lijkt oud maar is het niet. Het is een kopie van de abdijkerk van Hocht en dateert van 1936-1940.
De gotische Sint-Jozefskerk van Wiemesmeer ten noorden van het centrum is een getrouwe kope van de 14e-eeuwse cisterciënzerabdijkerk van Hocht-Lanaken. Architect Driessen van Genk bouwde het koor en de dwarsbeuk in 1936. In 1940 waren de twee traveeën van het schip klaar. Boeiend zijn de gebeeldhouwde kapitelen van Genkenaar Raf Mailleux. Ook de Sint-Jozef en het beeld Heilig Hart van Maria uit witte steen, van omstreeks 1950, zijn werken van Raf Mailleux. Het laat-19e-eeuwse houten neogotische altaarbaldakijn staat achteraan in de kerk. Het doksaal is van marmer en steen, met apostelbeeldjes in de nissen. Andere beelden zijn: een 16e-eeuwse Sint-Hubertus, een 17e-eeuwse Sint-Jozef en Onze-Lieve-Vrouw met Kind, en een Sint-Antonius van Padua uit witte steen, van omstreeks 1950. Omstreeks 1950 schilderde Rafaël Cledina van Luik de kruisweg, met dorpsgezichten van Wiemesmeer, Papendaal en Daal. In de kerk hangen enkele panelen van het 32 m bij 2 m grote schilderwerk Panorama van de oude Kempen, een creatie van Charles Wellens, van 1955. De overige panelen bevinden zich in het gemeentehuis. In 1951 schonken de boswachters van Limburg het grote glasraam met taferelen uit het leven van Sint-Hubertus aan de kerk. De glasramen met de zeven Smarten en de zeven Vreugdes van Sint-Jozef komen uit het Sint-Truidense atelier van C. Claes.
In een schilderachtig wandelpark werd in 1925 een Lourdesgrot gebouwd met kruiswegstaties in bas-reliëf. Op de Paalheuvel, een kunstmatige heuvel op het grenspunt van vijf dorpen, werd in 1975 de Sint-Hubertuskapel van 1952 herbouwd. Het arduinen Ongelukskruis van 1731 aan de Oude Postbaan herinnert aan een Luikenaar die hier onder zijn eigen span verongelukte. De Kruislievenheer aan de zes wegen van 1907 werd in 1975 heropgericht.
Ten oosten van het centrum, op de grens van de voormalige heerlijkheden Zutendaal, Rekem, Pietersem en Mechelen, staat sinds 1979 de Vier Landsherensteen.
Het Oud Kantoor, een voormalig tolhuis, dateert uit het begin van de 18e eeuw. © Google Streetview.
Aan de Trichterweg naar Maastricht bevindt zich het Oud Kantoor, een voormalig tolhuis met herberg. Het dateert uit de eerste helft van de 18e eeuw. Het werd in 1900 vergroot en in 1925 verhoogd.
In Gewaai staat de bakstenen Sint-Rochuskapel van 1635 met eerste travee en voorportaal van 1901. Het altaar dateert van 1922 en is van de hand van Gussé. Andere mooie kapellen in Gewaai zijn de Lourdeskapel van 1925 en de recentere kapel Onze-Lieve-Vrouw van Banneux. De typische langgevelhoeve Woushoeve aan de Maastrichterstraat werd een plaats voor jeugdkampen. De hoeve is het geboortehuis van redemptorist Jozef Schrijvers, polyglot, stichter en eerste viceprovinciaal van de Belgische missie in Oekraïne.
De Stalkenschans wordt het eerst vermeld in 1602. Zij is dus waarschijnlijk opgericht in de 16de eeuw. Zij besloeg een oppervlakte van 1 ha. 23 a. De visvijver rondom werd gevoed door de Stalkerbeek (Bezoensbeek) en door sprinken. In het oosten en zuiden lagen moerassige gronden. Het eiland was 43 a. groot en ingedeeld in 24 parken. Tot dezelfde herdgang of heerwagen behoorden, behalve Stalken met 9 huizen, ook Broek met 6. Besmer met 5 en Roelen met 4 huizen, dus samen juist 24 gezinnen. Het is nochtans waarschijnlijk dat niet alle families er een schuilplaats hadden, zodat er nog vrije delen waren. De ophaalbrug bevond zich aan de kant van Stalken. © Marc Robben.
Ten zuiden van het centrum, in Stalken, staat de Stalkerschans. Ze heeft een oppervlakte van 43 are en is helemaal omgeven met een gracht die gevoed wordt door de Bezoensbeek. Het is een van de best bewaarde Kempische schansen. Op de 87 m hoge Hesselsberg, ten westen van het centrum, staat een 6 m hoog Mariabeeld op een voetstuk. Het is een werk van beeldhouwer E. Nulens, en dateert van 1954. In 1516 is er sprake van een Broekmolen op de Molenbeek. De huidige watermolen is een bovenslag en heeft een spaarvijver. Aan de Delstraat, tussen andere oude voormalige boerderijen, ligt de mooie Kempische langgevelhoeve Bij Manneskes.
Dit moet je gezien hebben