Ons Land België
België - Het Romeinse RijkDe crisis van de derde eeuw (235 tot 268 n.C.)
De crisis van de derde eeuw was een periode van onrust en onderlinge strijd in het Romeinse Rijk van ongeveer 235 tot 268 na Christus. De periode werd gekenmerkt door burgeroorlogen en een groot aantal keizers, voor een groot deel commandanten die door hun opstandige legioenen tot keizer werden uitgeroepen, de zogenaamde "soldatenkeizers". Vanaf 260 viel het rijk tijdelijk uiteen.
De moeilijkheden begonnen in 235, toen keizer Alexander Severus door zijn eigen soldaten van legio XXII Primigenia in de buurt van Mainz werd vermoord. Daarna brak een periode aan, waar niemand voor langere tijd de macht over het Romeinse Keizerrijk naar zich toe kon trekken. Er woedden verschillende burgeroorlogen, de grenzen werden verwaarloosd. Hierdoor hadden allerlei stammen aan de noordgrens steeds meer vrij spel, vooral de Germaanse stammen als de Karpen, de Goten, de Vandalen en de Alamannen. In dezelfde periode voerden de Sassaniden een nieuwe aanval uit op de oostelijke grens van het Romeinse Rijk.
Uiteindelijk viel het keizerrijk tijdelijk uiteen in drie elkaar beconcurrerende staten: in 258 vormden de Romeinse provincies van Gallië, Britannia en Hispania samen het Gallo-Romeinse Rijk, en twee jaar later in 260 scheidden de oostelijke provincies Syrië, Palestina en Egypte zich met Sassanidische steun af onder de naam van het Palmyreense rijk. Hierdoor bleef een derde, op Italië gebaseerd, Romeins Rijk in het midden over.
De Keizers ten tijde van de crisis van de 3e eeuw waren: